Tulip tour 2008 | |
De Onderdelen dag in Veghel was nog geen week geleden, en daar was
het volgende evenement op de CX-kalender al weer. Op 19 April zou de
derde editie van de Tulpenrit worden verreden, een tourtocht door
Noord-Holland langs de, hopelijk in volle bloei staande, bollenvelden.
Maar mens nog an toe zeg....Het was een winderige, bijna stormachtige dag, die zaterdag de 19de April. Windkracht 4 tot 5, gaf de windkaart op Meteotines aan. Ik aarzelde heel even, want zou dit nog leuk worden ? Toch maar de stoute schoenen en de motorlaarzen aan. Wel werd er een extra halfuurtje reistijd, en een aangepaste route gekozen. Om half acht, ijselijk vroeg voor een Zaterdag, vertrok ik dan, op naar Schagen. Het eerste stuk koos ik de A30. En het was direct al duidelijk: waar een geluidscherm voor wat luwte zorgde, had ik vrij wienig last van de harde wind uit het oosten. Maar waar de wind meer ruimte kreeg, schoof ik direct een halve meter of meer opzij. Gas eraf, totaan 80km/u en proberen een beetje op koers te blijven. Nee, snelwegrijden was onder deze omstandigheden geen optie, dus binnendoor dan maar. Maar Nijkerk of Voorthuizen? Ik koos Voorthuisen, en in Voorthuizen verder naar Garderen, en dan richting Harderwijk. Later bleek, op de kaart, dat ik best een stukje had omgereden op deze manier. Maar de beloning was groots. Niet alleen kwam ik na Voorthuizen nog maar één dorpje door, ik reed ook nog eens over rustige wegen door het bos, langs vergrasde heidevelden, langs pittoreske boerderijen, dwars door het Gelders landschap, wat op deze winderige morgen vrijwel verlaten langs de weg lag. Langs Harderwijk, waar ik de wind, die tussen de bossen vrijwel geen vat op me had gehad, weer voelde aantrekken. En dan de open polder in. Juist. Daar had de wind nog steeds vrij spel, en was mijn meer dan 200 kilo zware CX toch erg zijwind gevoelig. Eenmaal op de autoweg naar Leystad viel het allemaal wel mee, gedeeltelijk door de bomen, gedeeltelijk doordat de wind meer achter dan dwars zat. Maar bij Lelystad koos ik toch voor de toch door de stad, in plaats van de aanbevolen weg over de A6 en de N307. Over de brug, de dijk op. En in de bocht naar beneden voelde ik het al. Hier was de wind heer en meester, en een ieder die zich met twee wielen op de dijk waagde zou dat merken ook. | |
... de wind heer en meester ... |
|
Van af Lelystad gaat de Houtribdijk eerst een kilometer of vijf
noordwaards, en daar is de weg zonder enige bescherming tegen de wind. En
die kwam met kracht aan vanuit het oosten. Ik probeerde 80, minderde
naar 70, naar 60, en toen nog kon ik de CX met moeite op de goede kant
van de weg houden. De achterliggende auto's hadden met hun vier wielen
weinig last, maar de CX en ik des te meer. Diep voorover gebogen over de
tanktas, in een poging zo min mogelijk een doelwit te zijn voor de wind,
lukte het me de eerste bocht te bereiken. Daar veranderden twee dingen.
In de eerste plaats kwam de weg in de windschaduw van de dijk te liggen,
die daar ver boven de weg uitsteekt. En ten tweede veranderde de richting
in Noord-West, zodat de wind meer van schuin achteren kwam. Halverwege
kwam de weg nog even bovenop de dijk, maar met 80km/u was het redelijk
te rijden. Vanaf Enkhuizen naar Hoorn, en van daar naar Schagen verliep
de reis weliswaar winderig, met af en toe een door de wind veroorzaakte
zwieper, maar toch vrij vlot. In Schagen werd er eerst maar even getankt,
dan was dat alvast gebeurt. Terwijl ik mijn
tas weer vastmaakte en de handschoenen aantrok zag ik twee rode CX-en langs
komen. Ik zou dus niet de eerste zijn bij "de Posthoorn".
Ik ben ook niet de eerste. Als ik aan kom rijden zie ik al een heel rijtje motoren staan, op één na allemaal CX-jes. En binnen is het duidelijk dat er een hoop motorrijders zijn. Ik wordt uitgebreid begroet, en voeg me bij de groep. Nu eerst koffie, en dan verder. Verder is wachten op wie er nog komen. en na een half uurtje is bijna iedereen aanwezig. 16 Motoren nemen deel aan deze derde tulpenrit. | |
... motorrijders ... |
|
Laurens geeft nog even een paar aandachtspunten aan, en zegt blij te zijn
met de opkomst, die ondanks de straffe wind toch weer hoog is. Ook zegt
hij dat er drie rijders zijn die de route kennen, eentje voorop, met rood
hesje, een tweede met geel hesje in het midden en een met geel hesje aan
het einde van de stoet. En als we elkaar onverhoopt kwijtraken dan neemt
de volgende die de route kent de kop van de rest over. Kan niets misgaan.
Dan is het tijd om te vertrekken, en een ieder loopt naar zijn motor. Binnen een paar ogenblikken is het anders zo rustige plein voor "de Posthoorn" gevuld met ronkende motoren, als de ene na de andere CX gestart wordt. Een korte controle, zit iedereen op zijn motor? ja? Rijden dan maar. De eerste stop is voor degenen die nog niet getankt hebben. Dan wordt er echt met de tocht begonnen, en al gauw rijden we door het weidse Noord-Hollandse land. | |
... ronkende motoren ... |
|
Het verschil met de vorige Tulpenrit is al snel duidelijk. Inplaats van
de uitbundige bloeiende pracht die we het vorige jaar hadden, nu een
veel ingetogener natuur, een natuur die nog niet zover is dat alle
tulpen op hun toppunt zijn, en veld na veld kleuren in de meest
uiteenlopende tinten.
Maar er zijn wel vlakken die, ingekleurt door bloemenpracht, langs de route zichtbaar zijn. Ook al zijn het meestal geen tulpen. Vanaf de motor zijn de rose, lichtblauwe en paarse planten niet goed te onderscheiden, zeker niet voor iemand als ik, die met moeite een krokus van een hyacint weet te onderscheiden. Maar ik denk dat dit wel hyacinten zijn. En soms, als de wind over zo'n gekleurde vlakte waait voordat hij ons motorrijders weer een venijnige zet geeft, dan rijden we ineens door een wolk van bloemenlucht, vele malen beter als op de parfum-afdeling in het warenhuis. Zo komen we, bocht na bocht, in Groote Keeten. Jaren geleden heb ik hier, in een appartementje in een oude boerderij, vakantie gehad met mijn gezin. Toen was er al sprake van dat de oude boerderij zou verdwijnen. En hij is verdwenen, samen met de knusse huisjes die een zo groot deel van het dorpje uitmaakten. In plaats daarvan zijn twee grote blokken met moderne apartementen gekomen, strak, hoog, en naar mijn mening, helemaal niet passend in het landschap. Ook is er een eetgelegenheid, "het Duynpannetje", waar we kunnen lunchen. Maar de tent is dicht, en wat nu ? Gelukkig is het probleem niet zo groot, want ze gaan pas om 12 uur open, en we zijn gewoon iets te vroeg. Binnen vijf minuten gaat de poort open en kunnen we naar binnen, waar het warm is, en niet waait. | |
... de poort open ... |
|
Al snel zit het zaaltje vol met hongerige CX-ers. Links en rechts word
koffie besteld, en een uitsmijter hier en een broodje daar. Het duurt
eventjes, voordat iedereen wat heeft. Eindelijk arriveert ook mijn
broodje gezond, waar ik met een gezonde trek op aanval.
|
|
... gezonde trek ... |
|
Voordat het tweede deel van de rit begint ga ik nog even aan het strand
kijken. De oostenwind waait de meeste branding weg, en het schouwspel is
niet erg imposant. Dan maar weer terug, want we zullen zo wel vertrekken.
Dat klopt, maar er is een probleem. Er schijnt één uitsmijter niet betaald
te zijn geweest, of er is een telfoutje bij het "Duynpannetje" gemaakt.
In elk geval betalen Laurens en Floris ieder een halve uitsmijter, terwijl
we ons afvragen wat er nu eigenlijk precies is gebeurd. Het eerste stuk
van dit tweede deel houdt het incident me aardig bezig, totdat een
windvlaag me weer op het stuur laat letten. O, ja...motorrijden, daar was
ik mee bezig.
Evenals het vorige jaar is ook nu, in het tweede deel van de rit, een minipontje opgenomen. Als de stoet CX-en aan komt rijden ligt het vaartuigje juist aan onze kant. Motor na motor rijd het pontje op, totdat alle 15 motoren op de pont staan. Helemaal vol. De veervrouw weet niet hoe ze het heeft. Luidruchtig vrolijke motorrijders, een hele boot vol, dat zie je ook niet elke dag. Of we van een motorclub zijn, vraagt ze me. Ja, dat zijn we, antwoord ik, en toon mijn CX-hesje: allemaal Honda CX-rijders. Aan de overkant zie ik de rit-fotograaf ijverig plaatjes schieten. Het is een heel kort vaartochtje. Een goed kwartier later rijden we Den Helder binnen. We pauzeren bij de uiterste kop van holland, hotel-restaurant Land's End. Veel verder kun je inderdaad niet gaan, behalve met de boot naar Texel, die een honderd meters verder haar vertrekpunt heeft. |
|
... boot naar Texel ... |
|
Binnen in Land's End is het veel warmer, denk ik zo, dus naar binnen. Een
aantal rijders heeft zich al neergezet bij een tafeltje vlak bij de ingang,
en net als ik erbij wil gaan zitten komt iemand vertellen dat we overal
mogen zitten, maar daar nou net niet. Dus verplaatsen we ons naar een
ander plekje, en bestellen daar een kopje koffie.
|
|
Het derde deel van de rit gaat door Den Helder, via Huisduinen en Breezand
naar Schagen terug. Maar eerst wordt er een groepsfoto gemaakt op de
marinewerf, met als achtergrond de historische mijnenveger "Abraham Crijnssen".
Het kost even wat passen en meten voordat alle motoren op de foto kunnen.
De Kawasaki wordt door zijn berijder buiten de groep gezet, maar de Harley
komt wel op de foto te staan. Hier ook nemen Beussie en Gompie afscheid van
ons, zij gaan eerder weg, naar huis. De rest volgt Laurens, door de straten
van Den Helder heen. Alhoewel....
Vrij snel na het verlaten van de marinewerf merk ik dat de kopgroep (ik rij als tweede) wel erg klein geworden is. We zijn nog maar met z'n vijfen! Waar is de rest? Maar hoe we ook in de spiegels turen, de weg achter ons blijft leeg, geen motoren, geen CX te zien. Laurens, de kopman, ziet het allemaal niet zo somber in. Er zijn twee mensen bij die de route kennen, en die zullen de rest wel naar Schagen brengen. Dus rijden we de rest van de route in een heel klein groepje. En net als we, aan het einde van de rit, onze motoren uitzetten op de parkeerplaats bij de McDonalds, komt een minuut de rest er ook aan. Tussen de mensen uit de twee groepen ontspint zich een heel gesprek, waarvan de hoogtepunten zijn: waar was je en hoe reed je? Alles is weer goed gekomen, en bij de McDonalds worden onze magen gevuld (maar niet gevoed). |
|
... een heel gesprek ... |
|
Een goed half uur later neem ik afscheid. Een aantal zijn er al weg, en
nu is het mijn beurt. Ik aarzel om weer over de Houtribdijk te rijden,
de heenreis was niet echt prettig. Maar het alternatief is via Amsterdam,
over de snelweg, of de 80km wegen langs Ijmuiden. Ik besluit dat ik het
laat afhangen van de wind waar ik op het eerste gedeelte van de
terugreis mee te maken krijg.
En die valt reuze mee. Het lijkt erop dat de wind een flink stuk in kracht is afgenomen. Dus toch over Lelystad. Na een tankbeurt in Enkhuizen ga ik verder. Het gaat peima, rustig an, dan breekt het lijntje niet. Dan zie ik in mijn speigel een motor aankomen. Is dat niet.... Ja hoor, een CX, en wat meer is, eentje die de Tulpenrit ook gereden heeft. Hij passeert me vlotjes, en is binnen de kortste keren aan de horizon verdwenen. Ik blijf het wat kalmer aan doen. Lelystad, en dan toch maar de buitenomweg, via de N307 en de A6. Richting Harderwijk, en op het laatste stuk zit nog een venijnige hoeveelhoed wind, de me even flink opzij duwt. Maar dan ben ik de polder ook al wweer uit. Langs Garderen terug, besluit ik. Garderen, Nieuw Milligen, waar de Veluwse Stamtafel gehouden wordt, Stroe, Harskamp, en tot slot Ede. Nog even aftanken, want misschien doe ik morgen weer een tocht, en dan door het dorp heen naar huis. Als ik de CX geparkeerd heb neem ik snel even de kilometerstand op. Deze dag heb ik 438 kilometers gereden. Geen dagrecord, maar mensenkinderen, wat een wind.... | |
|