De Kathedraal en Finisterre | |
Het ontbijt bestaat deze morgen uit koffie, zo blijkt. En daarna is het Ron
die opmerkt dat het achterlicht van de CX toch veel te flauw brand. Is de
reflector wel goed, vraagt hij. Dat idee had ik ook al, en daarom zit er nu
een andere kap, met andere reflector op. Dan moeten we alles eens nameten. Er
zijn twee multimeters meegekomen, dus dat is ook geen probleem. Spanning is
wat laag, 10 tot 11 volt, maar dan draait de motor nog niet, en daarna, ook
zonder draaiende motor, wordt de stroom door de lamp gemeten. Wat
hoofdrekenwerk wijst niet op grote afwijkingen van wat verwacht mag worden.
Wat dan ? Wat zou de spanning op de zekering dan zijn?
| |
De meter wordt aan de eerste zekering gezet, en geeft niks aan. De andere
zekering dan. Die geeft, net als de eerste ook met een zachte 'flits' de
elektrische geest. Wanneer je spanning gaat meten moet de meter wel weer naar
'Volt' worden omgeschakeld. Maar ook dan, na het vervangen van de zekeringen
bovenop het stuur, blijft de spanning vrij laag, tussen 10-11 volt. Voordat er
nog meer zekeringen zachtjes stuk gaan vind ik het eigenlijk wel genoeg. Ja,
het licht brand niet zo fel als dat ik zou willen. Nee, ik, en anderen met mij,
heb geen idee waarom. Ik bouw de CX weer in elkaar, sluit nog even wat draden
weer goed aan, en vind het welletjes. Het werkt: Afblijven.
| |
Op de motor, maar nu zonder alle bagage, vertrekken we. Nu eerst naar de
kathedraal, dan verder rijden naar Finisterre. De kathedraal is goed
bewegwijzerd, maar er komen met auto of motor is toch een heel ander verhaal.
Uiteindelijk worden de motoren op een parkeerplaats neergezet, op gedeeltes
voorzien van gele strepen. Geen idee waar die strepen voor zijn, maar
voorlopig staat het spul. Te voet gaan we verder naar het plein. Ergens raak
ik Luc en de anderen kwijt, maar ik loop stug door. Want nu wil ik er komen
ook!
| |
![]() ... voorlopig staat het spul ... foto Nick L. | |
Het plein voor de kathedraal in Santiago. Vol met mensen, vol met muziek, met
van alles wat, het lijkt erop dat er een sportevenement, een decatlon of
zoiets plaatsvind, en de startplek is: juist, dit plein. Mensen lopen af en
aan, iemand roept wat in een microfoon, en de muziek speelt luid populaire
deuntjes. In het Spaans vanzelfsprekend, dus ik hoor van alles, maar versta
niks.
| |
Het midden van het plein, daar ga ik heen, op zoek naar de laatste Santiago
schelp van de weg naar Santiago. Ik moet even wachten, want een aantal
pelgrims heeft zich erop neergezet, maar als die weg zijn: fotootje, klaar.
| |
![]() ... schelp op het plein ... | |
Dan zie ik Luc, Ron en Nick het plein oplopen. Bij een bank hadden ze even de
kas aangevuld, want ook dat moet af en toe gebeuren. Nu zijn ze er ook, en
worden er nog meer foto's gemaakt, waarbij ik voor de kathedraal sta, en ook
eentje met de vlag in mijn handen die ik twee jaar geleden meekreeg van de
CX-clubbers die mij toen uitzwaaiden. Ik was het niet vergeten. Nu de keuze:
naar binnen of niet? Toch maar wel even doen, want ik ben er nou toch.
| |
![]() ... de kathedraal ... |
![]() ... ik voor de kathedraal ... |
Het is een groot en imposant gebouw, aan de buitenkant, en binnen is het zo
mogelijk nog grootser. Dan, als ik amper tien passen heb gezet, valt met een
klap het besef op me: Ik ben er. Ik ben HIER, in Santiago, in de kathedraal.
Hier heb ik drie jaar lang naar toegewerkt, naar toegeleefd, om dit te
bereiken heb ik uren zitten denken, zitten zoeken op de computer, om hier te
komen heb ik veel, heel veel energie ingezet, en nu, NU, nu ben ik er. Vanaf
het moment dat het idee kwam, dat ik het besluit nam om dit te proberen, dit
te doen, is er drie jaar aan voorbereidingen geweest, ben ik twee maal eerder
vertrokken, en dat alles om DIT te bereiken, en nu is het, de derde keer,
gelukt, IK BEN ER!!!!!
| |
De emotie, of is het de opluchting, is groot, en de tranen die blijven
stromen. Ik snap het niet, maar dat kan me even niet schelen. Ik loop langzaam
en zachtjes verder door de immense ruimte, weliswaar aan de zijkant, want er
is een dienst aan de gang, 't is tenslotte zondag. Heiligen in een nis,
kruisbeelden, kaarsen, en beschilderingen, de kathedraal van Santiago is een
belevenis op zich. Als in een droom loop ik hier, onderwijl pogingen doen om
te bevatten dat ik er ben, op DEZE plek.
| |
Ook ik loop achter het beeld van de heilige Jacobus langs, langs de plek waar
duizenden, zo niet honderdduizenden, al hebben gelopen. Pelgrims uit alle
windstreken, waarvan sommigen duizenden kilometers hebben gelopen, hebben hier
gestaan, hebben het beeld van Jacobus omarmd, en zijn daarna naar huis
teruggekeerd. Voor me loopt een non naar boven, achter me een wandel of fiets
pelgrim. En daartussenin sta ik, een wat vreemde pelgrim, in een zwaar
motorpak, met een tanktas aan de schouder, en een helm in de hand. Ook ik leg
een hand op het beeld van Jacobus.
| |
Het besef komt langzaam, want ik kan hier niet blijven staan, zachtjes
snikkend, terwijl de emoties de vrije loop krijgen. Na mij komen nog anderen,
en ook zij hebben een prestatie geleverd. Mijn prestatie is anders, jazeker,
maar toch een prestatie. Hun tocht is een andere geweest als de mijne, want de
mijne was op het zadel van mijn motor, maar toch.......
| |
Als ik het trapje af gelopen ben vind ik om de hoek een traptreetje, de tas en
helm zakken op de grond, en ik moet even gaan zitten. Het duurt even, ja, het
duurt vrij lang, maar op een gegeven moment ben ik weer in staat om op te
staan, om verder te gaan. De tranen worden gedroogd en we lopen naar buiten.
| |
Dan besef ik dat ik nog een belofte moet invullen: als ik in Santiago ben,
moet ik een kaarsje opsteken voor deze en gene. Dus terug naar binnen. Het is
een katholieke traditie, maar wel eentje waar ik wat mee kan, de traditie van
het doorgeven van licht en hoop in de wereld. Jammer is alleen dat ook hier,
in Santiago, de echte kaarsen vervangen zijn door elektronische kaarsen. De
intentie is gelijk gebleven, maar de sfeer is toch anders.
| |
Natuurlijk moet ik wel even het winkeltje naast de kathedraal in, waar ze van
alles verkopen, als het maar te doen heeft met de pelgrimsweg. Symboolstickers,
schelpen, kruisjes, in soorten en maten, als sleutelhanger en als
kaarsenstandaard, je kunt het niet bedenken, of het is hier te koop. Ik gedraag me
als een echte toerist, en neem dus snuisterijtjes mee voor thuis. Maar ook
koop ik vier sleutelhangers, en die deel ik uit aan mijn medereizigers.
| |
Nu uit de stad zien te komen, en een mooie binnendoorweg naar Finisterre zien
te vinden. Dat lukt, en nu is het volgende probleem: tanken. Het is geen
dringend probleem, maar toch begin ik langzaamaan naar een tankstation uit te
kijken. Dat vinden we plotseling in een klein plaatsje, en daar worden de
motoren weer volgegooid voor de rest van de dag. Ongeveer tegenover het
tankstation is één van die merkwaardige begraafplaatsen, net een flatgebouw.
Ik ben zoiets totaal niet gewend, maar de inwoners hier zullen heel gek kijken
bij een begraafplaats in Nederland.
| |
Finisterre is het doel voor deze dag. Dus tankstation en begraafplaats worden
verlaten, en we draaien weer de weg op. Achter de TomTom aan, maar niet
vergetend dat er wegen zijn die niet in de TomTom staan, en dat er wegen niet
zijn die misschien wel in de TomTom staan. Ogen openhouden is de boodschap.
| |
Het is een laatste-seconde besluit, maar ik zie 'Finisterre' op een bordje
staan, wijzend naar een gloednieuwe weg die die kaarsrecht over de bergen
loopt. Ik rem, bijna te hard voor Luc, die vlak achter me rijd, en ga die
onbekende weg op. TomTom verbaasd zich ook, want die heeft ook geen idee wat
ik nu aan het doen ben, maar het pakt allemaal goed uit, en deze weg komt uit
aan de rand van Fisterra, het plaatsje bij de gelijknamige kaap, Finisterre.
| |
Ik ben toch verbaasd als het laatste stuk van de weg steeds verder naar boven
gaat. Zo hoog is het daar, in Finisterre, toch niet? Jawel dus. De weg eindigt
op een parkeerplaats, hoog boven de zeespiegel. Terwijl de anderen eerst even
uitrusten met een sigaret, loop ik vast wat heen en weer om de boel te
verkennen. Ook hier is de commercie aanwezig. Een uitstalling vanuit een auto
met Italiaans nummerbord, met T-shirts als 'end of the road' , en 'World's
End' die wapperen in de wind. Verderop een man die handgeweven kleding
verkoopt, volgens het in het Engels gestelde bordje. En nog verderop, net voor
het terrein van de eigenlijke vuurtoren, een café of bar, die, heel Spaans,
dicht is.
| |
Het is nog een driehonderd meter vanaf de parkeerplaats naar het laatste, of
eerste, wegwijzer paaltje, waar de '0 km' aanduiding op staat. Ergens denk ik
dat dit ook een commerciële wegwijzer is. 'Loop na Santiago nog door, en dan
kom je echt bij het begin van de pelgrims route', is de boodschap. Maar het
kan ook de plek markeren waar volgens de legende de stenen boot met het
lichaam van de apostel aan wal is gekomen. Rare plek dan wel, want dan moesten
ze wel al die rotsen over klimmen, om ergens te komen.
| |
![]() ... kaap Finisterre ... |
![]() ... 0 km aanduiding ... |
Hoe het ook zij, we maken wat foto's van onszelf bij het begin, of in ons
geval eindpunt van de pelgrimsroute naar Santiago. En dan lopen we nog wat
verder, alle motorspullen meesjouwend. Ik heb er even genoeg van, is er dan
geen andere oplossing? En die is er. Een jongedame probeert wat sieraden te
verkopen, net daar, waar de trap naar het uiterste puntje van de kaap begint.
Als ik mijn spullen tegen de wand aanzet, en zeg 'Senorita, por favor' en op
mijn ogen, en vervolgens mijn spullen wijs, glimlacht ze en knikt. Mooi. Maar
als ik haar vijf euro voor de moeite wil geven gebaart ze naar de uitstalling
vóór haar. Ah! Ze wil er niets voor hebben, dat ze op mijn spullen past, maar
ik word wel uitgenodigd wat te kopen. Wel ja, ook een oplossing.
| |
Ik loop van de trap af, naar de rotsige uiteinde van de landtong waar de
vuurtoren staat. Het is niet mogelijk om helemaal aan de rand van de rotsen te
komen, bij het water, er blijft een respectabel hoogte verschil over. Ver
beneden me varen bootjes over een schijnbaar vlakke zee. Verder kan ik niet
komen, en de gedachte komt bij me op, dat vanaf dit punt, elke stap een stap
terug naar huis is. Terug van het einde van de wereld.
| |
![]() ... verder kan ik niet komen ... foto Ron L. | |
Terug maar weer, naar de camping. Maar eerst even wat eten, zo vinden we. In
Fisterra wordt een restaurant gevonden, en daar is het 'brunch', terwijl Nick
en Ron op de aanwezige TV de een of andere GP-race zitten te volgen. Maar na
het eten worden de eigen motoren opgezocht, en gaan we verder. Tenminste, dat
is de bedoeling, maar ik merk na een paar honderd meter dat ik vergeten ben
mijn helm vast te doen. Stoppen, en het gemis verhelpen. Goed dan, nu verder,
langs de kust naar Santiago terug.
| |
De kust is hier prachtig, wonderbaarlijk mooi, de weg erlangs weeft zicht door
de bossen, langs de dorpjes, en langs die fantastisch mooie Spaanse kust. We
rijden, zo lijkt me, een groot gedeelte van de baai rond, maar het uitzicht
blijft schitterend vanuit elke hoek. De sigarettenpauze, op een idyllisch
parkeerplekje hoog boven de baai loopt wat uit, als iedereen toch even in het
gras gaat liggen, en eventjes, heel eventjes de oogjes sluit.
| |
![]() ... het uitzicht blijft schitterend ... |
![]() ... eventjes de oogjes sluit ... foto Nick L. |
Zodoende is het wat later als we weer opstappen. Nu wordt er toch een stuk
eerder de weg naar Santiago opgezocht, en gevonden. Terwijl de zee achter ons
verdwijnt rijden we door groene bossen terug naar de camping. Het laatste stuk
gaat over een snelweg/autoweg, en we komen wat later terug als we hadden
verwacht. Maar het is wel een mooie dag geweest.
| |
Terug op de camping wordt de was opgehaald, die de vorige dag is ingeleverd,
en ook wordt, in een poging om iedereen toch een goede nachtrust te geven, het
aangrenzende huisje voor één nacht bij gehuurd. Een goede slaap is erg
belangrijk, zo beginnen we allemaal te merken. Nu dat geregeld is wordt de was
uitgesorteerd, En het kost even wat moeite, maar uiteindelijk heeft een ieder
weer ongeveer dezelfde soort en hoeveelheid kleding die is ingeleverd. Lastig
alleen, die zwarte T-shirts, allemaal hetzelfde, en ook veel in dezelfde maat.
| |
De dag wordt afgesloten met een bezoek aan Nick's favoriete restaurant: de Mac
Donalds. En terug op de camping word er nog wat gedronken in de bar van de
camping. Ik heb het na twee cola-tjes al weer gezien, en ga mijn bed opzoeken.
Het is een lange, en emotionele dag geweest, met dat bezoek aan die
kathedraal. Een zeer emotionele dag.......
| |
|