Het is half vijf als ik wakker wordt. Geen regen te horen, en alles is stil.
Toch maar even de roep van de natuur volgen, en daarna een frisse douche
nemen. En amper ben ik weer in mijn warme tentje, en in de nog warmere
slaapzak of de regen begint zachtjes op het tentdak te vallen. Niet veel later
gevolgd door wat, zo op het gehoor, toch aardige windvlagen lijken. En ik
herinner me wat Sieds gezegd heeft: zondag nacht, tegen de ochtend, kan het
hard waaien. Ik kruip toch maar even uit mijn warme nestje, om door een klein
kiertje naar de SJK party-tenten te kijken. Het schijnt, wind of geen wind,
dat ze rustig blijven staan. Het enige wat er is, is een constante regen, niet
veel, maar daarom niet minder nat. Maar dat is voor morgen, bedenk ik me, als
ik terug kruip in de slaapzak.
|
Om half acht ben ik weer wakker. En weliswaar heb ik geen ontbijtdienst, ik
ben toch wakker, en ga eens kijken hoe de collega's het eraf brengen. Er daar
zijn een paar kleine probleempjes. Niet ernstig, maar de tweede koffie pot
moet ergens anders staan, kopjes moeten er komen, dit moet hier, dat moet daar
en waar is de derde persoon die dienst heeft? Het lijkt erop dat iemand zich
verslapen heeft.....
|
Al met al zijn de uitdagingen niet zo heel erg groot, en zoals vaker op dit
SJK, stapt iemand in als een ander er om wat voor reden dan ook niet is. In
dit geval stap ik in de plaats van de derde persoon, totdat hij ook wakker
genoeg is. Het ontbijt kan in elk geval op tijd van start gaan voor de, vooral
Duitse, gasten die op tijd willen vertrekken. Na enige tijd komt de verslaper
zich melden, en kan ik als een gewone treffen-rijder aansluiten in de rij om
een broodje te halen, een eitje, en het ontbijt te beginnen. Met een flinke
bak koffie natuurlijk.
|
Als ik mijn mok wil gaan omspoelen bij de afwassers komt er direct de vraag of
ik de invaller ben. Snoek moet nog zijn tent opruimen en had om een invaller
gevraagd. Nou ben ik dat niet, maar ja, als je tent nog opgeruimd moet
worden.....
|
Zodoende sta ik, ingeroosterd of niet, plots toch weer aan de afwas. Niet dat
het een probleem is, want het houdt me wel weer lekker bezig, maar 't is wel
onverwacht. Na deze afwasbeurt zijn er nog andere klussen die gedaan moeten
worden. De lampen gaan uit het verlichtingssnoer, wat opgerold gaat worden. De
parkeer plankjes moeten opgehaald worden en de party tenten dienen netjes
afgebouwd te worden. Het hele CX-treffen terrein moet weer teruggebracht
worden tot een normaal, standaard kampeerveld.
|
... netjes afgebouwd ...
|
Tussendoor vind ik nog even tijd om de meeste spullen in mijn koffers te doen,
inclusief de inmiddels gedemonteerde kleppendekselracer. Slaapzak oprollen,
luchtbed opvouwen, alles ligt klaar om snel opgeladen te worden. Toch leg ik
het nog niet op de motor, en laat ook de tent nog even staan. Als het moet is de
zaak binnen vijf minuten opgeladen, als het gaat regenen is het een droog
plekje.
|
Gelukkig gaat het niet regenen, en kunnen we het alles opruimen zonder dat het
nat wordt. En langzaam aan wordt het veld leger en leger, vertrekken er meer
en meer CX-ers op weg naar huis, en blijft er een kleine ploeg achter om de
laatste zaken weg te werken en op te ruimen. Ik maak nog een ronde over het
veld, op zoek naar afval wat aan de aandacht van de kamperende motorrijder is
ontsnapt, en vind gelukkig niet meer dan een handje vol rommel, wat per
ongeluk is achtergelaten.
|
... laatste zaken weg te werken ...
|
De laatste motoren worden van hun parkeerplankjes gehaald, en ik rij mijn CX
naar mijn tent, om daar op te laden. Dat is vrij snel gebeurt, en terwijl ik
daarmee bezig ben komt de zon achter de grijze wolken vandaan, als of er nooit
een dreiging van regen is geweest.
|
Michael en ik besluiten om samen terug te rijden naar Ede. We zijn niet de
allerlaatsten die vertrekken, maar het scheelt niet veel. Michael heeft een
reservewiel moeten monteren onder zijn aanhanger, en daar maak ik me toch wat
zorgen om, temeer omdat het wiel wat eraf kwam een flink slijtspoor tegen de
bak van de aanhanger had achtergelaten. We rijden de 60km/u Kadoelerweg, en
dan de N352, waar al 80km/u gereden mag worden, naar Ens. Het is wel te doen,
deze 'omweg'.
|
Bij de nieuwe Ramspolbrug moeten we stoppen, de brug staat open. Michael
beduidt dat hij bij het eerste tankstation even wil stoppen, en dat lijkt me
een goed idee. Met de aanhanger erbij is 90km/u het maximale wat toegestaan is,
maar wij rijden, voorzichtigheidshalve toch nog wat langzamer, tegen de
85km/u. Een hele rij auto's hangt er op een gegeven moment achter ons, die pas
waar de weg een extra rijbaan krijgt kunnen passeren. En niet iedereen voegt
netjes ruim voor me in, jammer genoeg.
|
Bij tankstation Zalkerbroek wijs ik naar rechts, maar Michael geeft aan,
'doorrijden'. Ook goed, dat kan ook, Zodoende wordt het tankstation gepasseerd,
en even later rijden we vanaf de N50 de snelweg A50 op, richting Apeldoorn.
Bij afrit Wezep wil ik het toch wel even weten, en ga de afrit af. Bovenaan
wordt, aan de kant van de weg, halt gehouden. En dan wordt de band en het wiel
van de aanhanger gecontroleerd. Gelukkig, helemaal geen temperatuur verhoging,
geen aanlopen, geen problemen. Verder gaan we, nu weer de oprit naar de A50.
De snelheid komt nu iets hoger uit, maar komt, natuurlijk, niet boven de
90km/u.
|
A50, afrit naar de A1, en bij Hoenderloo van de snelweg af. Vaste prik,
standaard route zonder problemen. Ik merk wel dat ik sinds mijn Santiago-reis
toch wat sneller rij, en vooral in combinatie met een motor met aanhanger
achter me aan geneigd ben te snel door bochten en zo te gaan. Dat had ik niet
kunnen denken, toen ik nu zeven jaar geleden als her-opstapper weer ging
motorrijden.
|
De laatste kilometers naar Ede zijn vertrouwd, en ook binnen Ede zijn er geen
problemen. Tegen 15:00 uur parkeren we de motoren bij Michael voor het huis.
Nog een cola, een praatje, en dan naar het eigen huis.
|
Tien minuten later parkeer ik de “Rode Rakker”op zijn eigen plekje. Pootje uit,
we zijn weer thuis........
|